Degenen die getrouwd zijn geef ik, nee, niet ik – de Heer geeft hun het volgende gebod: een vrouw mag niet scheiden van haar man
, en een man mag zijn vrouw niet wegsturen.Verder geef ik zelf nog – niet de Heer – het volgende voorschrift: wanneer een broeder een ongelovige vrouw heeft die bij hem wil blijven, mag hij niet van haar scheiden.
Dit geldt ook voor een zuster: wanneer ze een ongelovige man heeft die bij haar wil blijven, mag ze niet van hem scheiden.
Want de ongelovige man behoort dankzij zijn vrouw God toe en de ongelovige vrouw dankzij haar man eveneens. Zou dat niet zo zijn, dan zouden uw kinderen onrein zijn. Maar nu zijn ze geheiligd.
Maar als de ongelovige partij wil scheiden, moet dat maar gebeuren; in dat geval is de broeder of zuster niet gebonden. Bedenk echter dat u Noot Bedenk echter dat u […] Wie weet, u zou uw man toch kunnen redden? En wie weet, u kunt uw vrouw toch redden? – Ook mogelijk is de vertaling: ‘Bedenk dat u […] Hoe zou u kunnen weten dat u uw man kunt redden? En hoe weet u dat u uw vrouw kunt redden?’ door God geroepen bent om in vrede te leven.
Wie weet, u zou uw man toch kunnen redden? En wie weet, u kunt uw vrouw toch redden?In het algemeen: laat ieder in de positie blijven die de Heer hem heeft gegeven, blijven wat hij was toen God hem riep. Dat schrijf ik voor aan alle gemeenten.